Onderwijsmagazine

Smartphones in of uit de klas?

Smartphones in de klas of eruit?

Smartphones. Verbieden we ze wel of niet op scholen? En moet er dan een landelijk verbod komen, of bepaalt elke school het zelf? Die discussie speelt al jaren en de meningen zijn verdeeld. Deskundigen spreken elkaar tegen en scholen en leraren varen hun eigen koers.  Waar op de ene school de telefoontas standaard is ingevoerd, laat de andere school de keuze over aan de leraren.

Onno Tammeling is docent op het Agnieten College in Nieuwleusen. Naast de deur in zijn lokaal prijkt een telefoontas. ‘We merkten dat de docenten heel wisselend in het smartphonebeleid stonden. Dat zorgde voor verwarring. Met ingang van dit schooljaar hebben we besloten om een telefoonverbod voor de les in te voeren en telefoontassen voor alle klassen aan te schaffen. In het begin ging dat goed, maar ik merk dat het nu toch weer verslapt. Het is makkelijker wanneer iedereen er scherp op blijft.’

 

Smartphone in of uit de klas?



Consequent zijn

Onno vindt het helemaal niet nodig dat leerlingen hun smartphone gebruiken. ‘Ik geef wiskunde en werk eigenlijk hoofdzakelijk met boeken en schriften. Leerlingen leren op die manier om de dingen uit te schrijven en bijvoorbeeld grafieken te tekenen, zoals ze op het examen ook moeten doen.’ Hij pleit voor een eenduidig beleid.

Nina, Onno, Fenne en Sanne

‘Wat je ook doet, je moet het consequent doen en er vervolgens sturing aan geven. Wat mij betreft is het gewoon niet mogelijk om echt te kunnen focussen als je steeds wordt afgeleid door je telefoon. In de les niet, maar ook niet met huiswerk maken. Dat hoor ik ook van ouders: die willen dat de kinderen hun telefoon in de woonkamer laten liggen als ze op hun kamer hun huiswerk maken.’ Een algeheel verbod zou ook een optie zijn. ‘Dan zijn leerlingen geconcentreerder en zie je ook dat ze de pauzes heel anders benutten: een balletje trappen, een kaartje leggen of gewoon met elkaar in gesprek gaan. Dat lijkt me veel gezonder.’

Nina Boertjes (15) zit in klas 4 TL:

‘Zonder telefoon let je beter op’

‘Ik vind het geen probleem dat de telefoon in de tas moet. Dan ga je juist beter opletten. De ene leraar geeft wel motiverender les dan de andere leraar, dan denk je minder snel aan je telefoon. Maar het ligt ook aan je eigen interesses. Ik vind Engels heel leuk, dus ik let daar heel goed op. Maar bij natuurkunde dwaal ik helemaal af met mijn gedachten. Sinds de invoering van de telefoontas is er wel vooruitgang, denk ik. Maar dan moeten leraren zich er wel aan houden. Telefoons leiden gewoon af. Het leidt zelfs af als ik iemand anders op de telefoon zie. Nu ben ik ook wel snel afgeleid.’

Peter la Roi

Peter la Roi is docent CKV op het Meander College en hij is trainer Breinbewust Leren. Als breindeskundige heeft hij een eigen visie op het gebruik van mobiele telefoons op school. ‘Sinds dit schooljaar heeft in principe geen enkele leerling op het Meander College de telefoon bij zich in de les. Al heb ik de indruk dat in de onderbouw er iets meer de hand aan wordt gehouden dan in de bovenbouw. Ik vind het belangrijk dat de leerlingen hun telefoon in de telefoontas doen. Alleen de aanwezigheid van het ding zorgt al dat je afgeleid bent.’

Algeheel verbod

Wat Peter betreft zou een mobiele telefoon op school wel helemaal verboden mogen worden, net zoals in Frankrijk. ‘Juist in deze leeftijd is het brein enorm in ontwikkeling, cognitief en sociaal. De telefoon leidt af en geeft het brein niet de gelegenheid om informatie te verwerken. En in de pauzes zit vrijwel iedereen op z’n telefoon of iPad. Leerlingen vinden het lastig om direct met elkaar in contact te zijn. Daarnaast is het vervelend om als leraar steeds maar de strijd aan te gaan, daarmee zet je een negatieve toon aan het begin van de les. Bovendien zijn de leerlingen de laatste tien minuten van de les alweer afgeleid, omdat de aandacht dan alweer naar de telefoon gaat. Het zou beter zijn om de telefoon helemaal te verbieden op school.’

Magister

‘Je hoort wel eens het argument dat jongeren er toch mee om moeten leren gaan’, zegt Peter. ‘Maar dat betekent dat je ook moet leren om het een periode zonder mobiele telefoon te stellen.’ Laptops en iPads nemen volgens hem niet de plaats in van telefoons in de les, die hebben een andere functie. ‘De laptop en de iPad worden veel meer geassocieerd met school en werk. Die worden gezien als een werkinstrument. Dat is wel een verschil. Maar ja. Er zit ook een andere kant aan. We hebben alles ingesteld op de telefoon met Magister. Dus als je een algeheel verbod instelt, moet je wel een alternatief voor bedenken, bijvoorbeeld een ouderwetse agenda. En als je het leerlingen gaat verbieden, moet je dat ook bij docenten doen. Dat heeft dan ook weer allerlei gevolgen.’

Sanne Meerveld en Fenne van Marle zitten in de brugklas:

‘De telefoon is niet alléén maar negatief’

‘Op de basisschool mochten we de telefoon helemaal niet meenemen. En hier gaat hij dus in de tas. Dat is wel goed anders ben je de hele tijd afgeleid.’ Sanne: ‘Thuis moet ik mijn telefoon beneden laten liggen als ik huiswerk maak.’ Fenne: ‘Ik gebruik wel de telefoon. Dan bel ik een vriendin en maken we samen huiswerk. De telefoon is niet alléén maar negatief. We appen mekaar als we iets niet weten.’ De dames hebben geen problemen met het telefoontas-beleid. ‘Als ik op een school zou zitten waar wel mag, dan zou ik het heel fijn vinden in het begin. Maar op een gegeven moment zou ik wel denken dat ik moest opletten, want anders moet je straks misschien naar een lager niveau.’

Kirsty en Sem

Math with Menno

‘Omdat er zoveel verschillende meningen zijn, is het goed dat de overheid zich ermee bemoeit’, stelt Peter. ‘Docenten zijn het er onderling al niet over eens. Ik las een artikel in Trouw waarin een wiskundelerares tegen een verbod was. Haar argument was dat er filmpjes op Youtube staan zoals Math with Menno die de materie beter uitlegt dan zij het kon. Kijk, dan kun je ook een onderwijsassistent voor de klas zetten die zulke filmpjes afdraait. Kortom: de hele discussie brengt veel naar boven. Het is lastig om daar uit te komen zonder eenduidig beleid.’

Peter heeft als deskundige een duidelijke mening vanuit zijn breinkennis. ‘Je kunt het hebben over praktische voor- en nadelen, en over hoe scholen het moeten aanpakken, maar het is vooral belangrijk dat je kijkt naar wat zo’n mobiele telefoon met een puberbrein doet. Als een brein zich ontwikkelt op basis van afleiding, wordt die daar hartstikke goed in. Maar als je dat brein op school oefent in het concentreren zonder constante afleiding, heb je daar voor het hele leven wat aan.’

Sem Rombouts zit ook in 4 havo:

‘Het maakt ook uit hoe de leraar les geeft’

‘In de onderbouw wordt strenger gecontroleerd dan in de bovenbouw. In de bovenbouw staan vooral jongere leraren toe dat je met je mobiel boeken kan opzoeken, mee kan lezen en mee kan doen in de les. Oudere docenten zijn strikter. Dat maakt wel dat je hun lessen dan vervelender vindt. Het maakt ook uit hoe de leraar lesgeeft. Als de uitleg goed is, hoef je ook niet de hele tijd op je mobiel te kijken.’ Sem vindt het ook een kwestie van vertrouwen. ‘Stel dat je de hele les de telefoon bij je mag houden, dan zit je er toch niet constant op. Daar zouden de tolerante leraren trouwens ook wel wat van zeggen.’ Een landelijk verbod vindt hij niet kunnen. ‘Volwassenen beslissen hierover, terwijl het over ons gaat. Dat is best oneerlijk. Laat jongeren er zelf over stemmen.’

Vóór een verbod

Paul Kirschner, emeritus hoogleraar onderwijspsychologie, is volmondig vóór een verbod: ‘Op alle scholen, wat mij betreft. Ook op universiteiten.’ Volgens Kirschner gaat de onvermijdelijke afleiding sterk ten koste van de leerprestatie. ‘Ik heb onderzocht dat het 1 tot 1,5 punt kost, op een schaal van 10. Dat gebeurt al wanneer je tijdens een uur studeren enkele keren uit je concentratie wordt gehaald door bijvoorbeeld een berichtje op WhatsApp. Nu is dat voor iemand die normaal een 9 zou halen niet meteen problematisch, maar wel voor de grote groep die een 6,5 of een 7 scoort.’

Bron: Kennisnet.nl

Tégen een verbod

‘De opgroeiende generatie heeft recht op het beste onderwijs met de beste technologische middelen. Met een smartphoneverbod zouden we hen dat recht ontzeggen’, betoogt pedagoog en mediadeskundige Daniël Lechner (Bron: Trouw) Hij vindt een verbod een uitermate slecht idee. ‘De jeugd moet leren hoe het mediagebruik te reguleren en school is hiervoor bij uitstek de plek. Daarnaast zal een verbod de digitale kloof vergroten en worden jongeren weerloos overgeleverd aan de media-industrie.’ Tot slot stelt Lechner dat de smartphone een uniek educatief instrument is dat uitnodigt tot gepersonaliseerd, authentiek, verbonden en adaptief leren.

Tegen landelijke richtlijnen, vóór een helder schoolbeleid

‘We kunnen wel hulpmiddelen aanreiken over hoe je over mobiele telefoons in gesprek gaat met leerlingen, docenten en ouders. Maar ik denk niet dat het zin heeft om met landelijke richtlijnen te komen.’ Aldus voorzitter van de VO-raad Henk Hagoort.

Bron: vo-raad.nl.