Onderwijsmagazine

Moeilijke onderwerpen bespreken in de klas

Jelle Visscher, docent Maatschappijleer Ichthus College Kampen, locatie VIA

Of het nu gaat over racisme, homoseksualiteit of armoede, Jelle Visscher ziet het als zijn plicht om alle onderwerpen in zijn klas te bespreken. De ene keer lukt dat beter dan de andere keer. ‘Ik heb maar een uur per week, wat het soms lastig maakt om diepgaande gesprekken te voeren. Een veilige sfeer is ook erg belangrijk. Wanneer een paar jongens achter in de klas lacherig doen, durven niet alle leerlingen hun mening te geven. Het blijft dan bij het benoemen van een onderwerp. Maar veel liever heb ik dat leerlingen het ervaren en daardoor begrijpen.’

‘Het gaat erom dat er een dialoog ontstaat’

Het begint dus allemaal bij een veilige sfeer. Jelle creëert die sfeer vaak door de les te starten met een gebeurtenis uit zijn eigen leven. ‘Zo vertelde ik laatst over mijn dochter. Toen zij een foto van ons sponsorkindje uit Afrika zag, viel het haar op dat het kindje donker was. Dat vormde een mooie start van een les over discriminatie. Als ik open ben, zijn leerlingen dat ook.’

Eén van de leerlingen vertelde bijvoorbeeld dat haar ouders absoluut niet wilden dat ze een donkere jongen mee naar huis zou nemen. ‘Ik vroeg haar of dat écht niet kon. Toen ze ooit een halfuurtje later thuis wilde komen, kreeg ze dat toch ook voor elkaar? Door die vraag te stellen, zette ik haar aan het denken. Mijn doel is niet om de mening van leerlingen te veranderen. Het gaat erom dat er een dialoog ontstaat.’

Onderwerpen tot leven brengen door ze persoonlijk te maken. Dat is wat Jelle doet. ‘Ik laat filmpjes zien, deel gebeurtenissen uit mijn eigen leven en geef leerlingen de kans om hun verhaal te vertellen. Hoe meer je je in een situatie herkent, hoe meer je er een gevoel bij krijgt. En hoe beter je het onderwerp begrijpt.’

 

Lennart Schra, docent Maatschappijleer Meander College

Afgelopen november kreeg minister Slob de wind van voren na uitspraken over homoseksualiteit in het onderwijs. Een interessant onderwerp voor de les Maatschappijleer, vond Lennart Schra. ‘Ik was me ervan bewust dat leerlingen verschillende meningen konden hebben. Op dat soort momenten is het essentieel om een veilige sfeer te creëren in de klas.’

‘Elke mening telt, ook in de klas’

Hoe hij dat doet? ‘Ik belicht het onderwerp vanuit verschillende perspectieven. Op die manier geef ik alle partijen een gezicht. En laat ik zien dat elke mening telt, ook in de klas.’ Zijn eigen mening houdt hij voor zichzelf. ‘Zou ik qua politieke voorkeur heel uitgesproken links of juist rechts zijn, dan is de kans groot dat bepaalde leerlingen zich buitengesloten voelen. En dat wil ik natuurlijk voorkomen. Ook zou ik niet snel spotprenten tonen. De meerwaarde van het laten zien, weegt niet op tegen het behouden van de veilige sfeer in de klas.’

Dilemma’s spelen buiten, maar – soms ongemerkt – ook binnen de muren van de school. ‘Toen we de uitspraken van minister Slob behandelden, vroeg ik aan de klas hoe er binnen het Meander College met homoseksualiteit wordt omgegaan. Een mooie kans om leerlingen hierover te laten nadenken en er samen over te praten. En dat is precies waar het voor mij om draait: ik wil leerlingen laten zien wat er speelt in de samenleving, zodat ze dilemma’s leren herkennen. Ver weg én dichtbij.’

Voel je je als docent vrij om dat wat jij belangrijk vindt te bespreken in een klas?



In sommige browsers zoals Chrome werkt de poll soms niet. In Edge, Safari en Firefox werkt de poll wel.

Reinier Meijering, docent Geschiedenis Ichthus College Kampen

Geschiedenis is geweest. Vaak kun je je bijna niet voorstellen hoe het was om in een bepaalde tijd te leven. En daarom doet Reinier Meijering er alles aan om verhalen zo concreet en persoonlijk mogelijk over te brengen. Dat dit soms best lastig kan zijn, merkt hij bij een onderwerp als de holocaust. Want hoe ver ga je bijvoorbeeld bij het laten zien van heftige beelden?

Reinier vindt dat hij ze moet tonen. ‘Niet om te choqueren of om tranen te trekken, maar om de werkelijkheid weer te geven. De gruwelijkheden zijn écht gebeurd. Natuurlijk waarschuw ik leerlingen voordat ik de beelden start. En na afloop gaan we in gesprek, zodat leerlingen kunnen vertellen wat ze ervan vonden.’

‘Ik geef leerlingen de ruimte om naar elkaar te luisteren’

Daarnaast probeert hij verhalen uit het verleden te vertalen naar de huidige tijd. ‘Zo gaf koning Willem-Alexander tijdens de Dodenherdenking een mooie toespraak. “Auschwitz begon in het Vondelpark”, zei hij. Toen Joden daar niet meer mochten komen, ging het leven voor alle andere Amsterdammers gewoon door. Zoiets kan ook in deze tijd gebeuren. Vraag is wat leerlingen dan zouden doen. Op die manier laat ik ze erover nadenken en komt het onderwerp heel dichtbij.’

Of Reinier bepaalde onderwerpen in zijn lessen vermijdt? ‘Nee, dat niet. Wel ben ik bij sommige onderwerpen extra alert. Gaat het bijvoorbeeld over politiek, dan houd ik mijn mening voor mezelf. In plaats daarvan geef ik leerlingen de ruimte om naar elkaar te luisteren en hun eigen mening te vormen.’

Geert Venema, docent Maatschappijleer Ichthus College Kampen

Geert Venema bespreekt allerlei onderwerpen tijdens zijn lessen, maar hij merkt dat er één onderwerp is dat écht gevoelig ligt: het gebruik van smartphones. ‘In een artikel van RTL Nieuws las ik dat leerlingen in veel grote WhatsApp-groepen zitten. Vaak worden ze zomaar toegevoegd. In die groepen komen de meest schokkende dingen voorbij. De kick is om elkaar te overtreffen: het begint met een afbeelding van Adolf Hitler en eindigt met een verkrachtingsvideo. En dan overdrijf ik niet.’

Twee jaar geleden ging hij voor het eerst met leerlingen over het onderwerp in gesprek. In eerste instantie werd er schichtig gereageerd. Niemand wilde er iets over kwijt. ‘Leerlingen waren bang dat ik zou klikken over strafbare dingen die ze misschien hadden gedaan. Pas toen ik aangaf dat ik ze niet zou veroordelen en gewoon benieuwd was, begonnen ze met praten. Ergens vind ik dat positief: de terughoudendheid laat zien dat ze weten dat de situatie niet normaal is.’

‘Klinkt als een cliché, maar de maatschappij dat ben jij’

Praten over wat je op je smartphone doet, is een taboe. Niet alleen op school, maar ook thuis. ‘Tijdens het avondeten vragen ouders standaard aan hun kinderen hoe hun dag was. Wat ze niet vragen, is wat kinderen op hun smartphone hebben gedaan. En dat terwijl ze er de helft van hun dag op doorbrengen. Dat vind ik zorgelijk. Daarom is er een tijdje geleden een informatieavond over smartphonegebruik voor ouders georganiseerd.’

Geert behandelt het onderwerp nu elk jaar in zijn lessen. ‘Ik probeer een veilige situatie te creëren en het gesprek aan te gaan. Waarom worden de foto’s en video’s gedeeld? Hoe kijken leerlingen ernaar? En wat doen ze als ze aan een WhatsApp-groep worden toegevoegd? Het klinkt als een cliché, maar de maatschappij dat ben jij. Door met leerlingen van een afstandje naar situaties te kijken, kunnen ze gebeurtenissen in perspectief zien. En beter bepalen welke plek ze willen innemen.’

Ruben, docent Maatschappijleer VMBO in Hardenberg

Leerlingen in Hardenberg groeien over het algemeen op in een veilige omgeving. Veel uitersten, zoals in de Randstad, komen ze niet tegen. ‘Toch zijn leerlingen er vaak van overtuigd dat ze precies weten hoe de wereld in elkaar zit. En dat kan tot flinke discussies leiden’, zegt Ruben. ‘Hun voorbeeld zijn politici die hun mening roepen en de ander soms zelfs afzeiken. Maar dat is geen debatteren. Daarom daag ik leerlingen uit om verder te kijken dan hun eigen perspectief.’

Ruben doet dit door de lesstof in het boek te combineren met de dagelijkse actualiteit. ‘Neem de situatie laatst in Frankrijk, waar een docent werd onthoofd vanwege het tonen van spotprenten. Wij vonden het heel logisch dat president Macron hard optrad tegen de moslimextremisten. In Pakistan gingen ze juist in protest. Ze konden zich niet voorstellen dat Macron het recht op godslastering verdedigde. In hun cultuur is het beledigen van de islam zó erg, dat er de doodstraf op staat.’

‘Agree to disagree, dat is het uitgangspunt’

Hoe dichterbij onderwerpen komen, hoe moeilijker ze te bespreken zijn. ‘Onlangs hadden we het bijvoorbeeld over het sociale stelsel. Omdat ik weet dat gemiddeld twee leerlingen in een klas in een bijstandsgezin leven, ben ik voorzichtig. Op dat moment praat ik over de theorie, maar indirect ook over de leerlingen. Ik wil hen niet persoonlijk raken. Daarom benader ik het onderwerp dan heel feitelijk.’

Tegelijkertijd vindt Ruben het belangrijk dat leerlingen vaardigheden ontwikkelen. ‘Pas als ze in staat zijn om hun mening te onderbouwen en naar een ander te luisteren, kunnen ze kennismaken met nieuwe perspectieven. Daarom starten we in de tweede helft van het jaar met debatteren. Ik geef leerlingen altijd het advies om een onderwerp te kiezen dat hen niet persoonlijk raakt. Zo maken ze het zichzelf niet onnodig moeilijk en kunnen ze goed oefenen. We agree to disagree, dat is het uitgangspunt.’

Voel je je als docent vrij om dat wat jij belangrijk vindt te bespreken in een klas?



In sommige browsers is de poll niet zichtbaar. Gebruik Edge, Firefox of Safari om te stemmen.