Onderwijsmagazine

Smartphonegebruik in het vo en het mbo: hoe nu verder?

Op JenaXL is gebruik van de telefoon in de lessen niet toegestaan, alleen in de aula. ‘Met de richtlijnen van het kabinet in het vooruitschiet wilden we eventuele nieuwe maatregelen gelijktijdig met onze verhuizing in september 2023 invoeren’, vertelt teamleider Regina Siebelink.

‘We hebben het op een Jenaplan-manier aangepakt, met onderzoek, enquêtes en een medewerkerskring, waarbij we met elkaar de dialoog zijn aangegaan.’ Er is een tweedeling bij zowel de collega’s, de leerlingen als de ouders.

‘Maar na goed overleg besloten we het op deze tussenmanier te doen. Niet een geheel verbod, alleen in de lessen, op zowel de onderbouw als de bovenbouw. Als we hem daar zien ben je hem kwijt, zonder discussie. Dat schiep duidelijkheid.’ De telefoon kan alleen nog gebruikt worden in de aula, en zo nodig met toestemming van de leraar in de les.

Regina Siebelink

Uitdaging

Het is een voorlopige regel op JenaXL. ‘Uit een evaluatie moet blijken of en hoe we ermee verder gaan’, zegt Regina. ‘We kunnen twee kanten op: zo doorgaan of de telefoon helemaal verbieden.

Die laatste optie vinden we als Jenaplanschool wel heel drastisch. We willen immers een school zijn waarin we de maatschappij in optimale zin nabootsen. En in die maatschappij hebben we nu eenmaal te maken met die mobiele telefoon.’

Op dit moment onderzoekt de leerlingenraad hoe de aula aantrekkelijker gemaakt kan worden, zodat ook daar het telefoongebruik beperkt wordt, maar dan op een organische manier.

‘Het is wel een uitdaging om het voor elkaar te krijgen dat de leerlingen zich uit zichzelf socialer op gaan stellen; om zonder regels te zorgen dat er meer interactie is. Maar het werkt het beste wanneer leerlingen zelf met ideeën komen.

Een tijdje terug gaf een leerling een kring over het onderwerp. Ze had uitgezocht hoeveel uren per dag kinderen op hun mobiel zitten en daar schrokken de medeleerlingen echt wel van. Het is een gouden formule wanneer ze zelf op onderzoek uitgaan.’

Kaders

Het verschil is duidelijk merkbaar. ‘Tijdens het onderbouwkamp vorig jaar hadden we de telefoon grotendeels verboden’, vertelt Regina.

‘Je merkte dat die duidelijkheid zo goed hielp! Je pakt de regie weer terug en alleen dan kunnen wij ons werk goed doen. Voorheen stonden de ouders soms al op de stoep bij zo’n kamp, terwijl we nog niet eens wisten dat er iets aan de hand was.’ Ook in de les merk je het verschil.

‘De leerlingen zijn beter gefocust en gaan meer met elkaar in gesprek. We zitten nog in een grijs gebied met laptops en smartwatches. Sowieso mogen ze geen smartwatches om bij de toetsen. We hebben wel een laptop, maar die is niet altijd nodig, soms wordt ook gewoon met boeken gewerkt.’

Wat Regina betreft blijft de maatregel als zodanig bestaan. ‘Daarbij zou ik het mooi vinden als we het voor elkaar krijgen dat de leerlingen ook in de aula de telefoon bewuster in de tas laten. Maar ik weet ook dat jongeren kaders nodig hebben, dus ik kan me voorstellen dat we later de telefoon toch ook in de aula moeten verbieden.’

Geriëtte Bredewold

Eenduidigheid

Geriëtte Bredewold is docent maatschappelijke zorg. ‘Twee jaar geleden ben ik als zijinstromer op mbo Menso Alting begonnen en ik worstelde met de vraag hoe om te gaan met het gebruik van mobiele telefoons in de klas.

In het begin had ik het gevoel dat ik de hele les voor politieagentje aan het spelen was. Vanuit die gedachte heb ik voor mijn pedagogisch didactisch getuigschrift samen met een collega van Landstede MBO Raalte vorig jaar onderzoek gedaan naar het gebruik van mobiele telefoons op het mbo’, vertelt ze.

Het resultaat is duidelijk. ‘Uit enquêtes onder studenten, docenten en stagebedrijven en uit literatuurstudie blijkt dat de smartphone het leervermogen en de leeropbrengst in de weg staat en dat een verbod voor iedereen beter is. Een dergelijke afspraak moet eenduidig worden ingevoerd, want daar bleek ook grote behoefte aan.’

Mbo Menso Alting heeft zich de onderzoeksresultaten ter harte genomen en is bezig met beleid, dat aan het begin van schooljaar 2024/2025 wordt ingevoerd voor de eerstejaars. Ook Landstede MBO in Raalte bekijkt de mogelijkheden.  

Sociale interactie

‘Het is belangrijk om hier in het mbo over na te denken’, zegt Geriëtte. ‘En volgens mij zouden hbo en universiteiten er ook goed aan doen, want onderzoek wijst uit dat de prefrontale cortex pas rond het 25ste jaar volledig is ontwikkeld.

Tot die tijd hebben jongeren kaders en sturing nodig. Bovendien zijn de nieuwe studenten het niet meer gewend om met een telefoon voortdurend onder handbereik onderwijs te volgen. Op de vervolgopleiding krijgen ze met nieuwe docenten en medestudenten te maken, met een nieuwe manier van leren, met zelf verantwoordelijkheden te nemen, noem maar op. Ze komen in een totaal nieuwe situatie terecht, waarin sociale interactie juist heel belangrijk is.

Een absoluut verbod is misschien niet passend, maar je moet ze wel kaders en eenduidigheid bieden, waarbij je uitlegt waarom de regels er zijn. Studenten vinden dat zelf ook, blijkt uit het onderzoek, hoewel ze vaak ook aangeven dat het hun eigen verantwoordelijkheid is.

Aan vaste afspraken hebben ook de docenten behoefte. Stagebedrijven geven aan dat regels vanuit school niet nodig zijn. Die bepalen hun eigen regels en daar blijken de studenten zich goed aan te houden.’ Geriëtte lacht. ‘Het is mooi om te zien dat ze zich op hun werkplek keurig als een professional weten te gedragen. Dan denk ik: het komt wel goed.’

‘We hebben ons onderzoek voorgelegd aan onze teamleiders en hen geadviseerd om per landschap met hun team op basis van onderling overleg afspraken te maken met betrekking tot het mobiele telefoongebruik in de klas’, zegt Geriëtte.

‘Ik vind het fijn dat ze er serieus mee aan de slag zijn gegaan en check steeds hoe ver ze al zijn.’ Er blijven altijd punten van aandacht bestaan. ‘Zo heb je de smartphone nodig om in te loggen in diverse schoolsystemen. En hoe neem je de ouders mee in het proces? Hoe ga je om met ouders die willen dat hun kind gedurende dag bereikbaar is? Hoe werken we het beleid uit naar het tweede en derde jaar? Daar moet je ook over nadenken.’

Geriëtte is ervan overtuigd dat de sfeer in de klas met vaste afspraken anders, beter zal worden. ‘Ik verwacht een stuk meer rust en aandacht en, niet onbelangrijk: het komt ten goede van de leeropbrengst. Als je niet wordt afgeleid is de focus veel groter. Bij de student, maar ook bij de docent.

In plaats van steeds politieagentje te spelen kun je veel meer doen waarvoor je in eerste instantie met dit werk bent begonnen: kennis overdragen, studenten begeleiden en coachen, je passie overbrengen.’